PRAKTIJKEXAMENS MOTORSCOOTER


Er zijn voor het motorrijbewijs 2 rijexamens. Het eerste examen heet “algemene voertuig beheersing” en wordt afgekort tot AVB-examen. Het tweede rijexamen heet “algemene verkeersdeelname”, afgekort tot AVD-examen.

 

Voor het eerste rijexamen (AVB) heb je nog geen theoriecertificaat-motor nodig wanneer je een geldig autorijbewijs bezit. Met het autorijbewijs mag je rijles nemen en het AVB-examen doen. Vul wel een eigenverklaring in op de site www.mijn.cbr.nl.  En  machtig ook gelijk je rijschool zodat zij jouw praktijkexamen makkelijk kunnen boeken.         

 

Het theorie-examen kan je ook boeken via de site www.mijn.cbr.nl Het theorie-certificaat is 1,5 jaar geldig. Klik hier voor theorie leermiddelen of theoriecursus

 

Bij het tweede rijexamen (AVD) moet je in het bezit zijn van een theoriecertificaat-motor en geldige legitimatie.

 

HET RIJEXAMEN ALGEMENE VOERTUIG BEHEERSING (AVB) 

 

Heb je voldoende voertuigbeheersing zoals het CBR voorschrijft in de rijprocedure motor dan zorgt de rijschool voor een examendatum in overleg met jou. Vlak voor het rijexamen AVB wordt er nog een les besteedt aan alle bijzondere verrichtingen. Dat neemt de spanning weg voor het rijexamen. En het is ook om aan de weersomstandigheden op dat moment te wennen. Soms regent het of waait het hard, waar je tijdens het lessen geen last van had. Even voor het rijexamen-AVB, de bijzondere verrichtingen, verken jij nog even het terrein waar de oefeningen gedaan worden. Dan doe je de bijzondere verrichtingen makkelijker op het rijexamen. 

Op tijd ga je naar de examinator. Je toont een geldige legitimatie en theorie-certificaat of alleen je autorijbewijs. bij de examinator onderteken je de oproepkaart die je hebt meegenomen.

Na de controle van de legitimatie en ondertekening van de oproepkaart vertelt de examinator dat voor het rijexamen algemene voertuig je 11 bijzondere verrichtingen heb geleerd. (Voor de bijzondere verrichtingen klik hier). Op het AVB-rijexamen moet je 7 oefeningen doen.Er zijn 4 verplichte oefeningen en 3 andere oefeningen worden ter plekke gekozen uit de resterende 7 oefeningen.  Elke oefening die niet goed ging volgens de rijprocedure mag nog 1 keer worden overgedaan. En zelfs 2 oefeningen mogen ook nog een 2e keer mislukken. Zelfs dan ben je nog geslaagd, mits de 2 oefeningen niet in de zelfde cluster zitten. Dus als bijvoorbeeld 2 remoefeningen beide voor de 2e keer zijn mislukt, is einde rijexamen. Hier onder zie je de afbeeldingen van de bijzondere verrichtingen, ingedeeld in 4 clusters.

 

< Cluster 1 >

Achteruit parkeren Het eerste cluster bestaat uit de oefening achteruit parkeren. In deze verplichte oefening loop je aan de rechterzijde van de rijbaan met de motor aan de hand. Daarna parkeer je de motor achteruit in een denkbeeldig parkeervak en zet je de motor op de standaard. Vervolgens haal je de motor weer van de standaard en loop je naar rechts het parkeervak uit.

< Cluster 2 >

Langzame slalom  De verplichte oefening in het tweede cluster is de langzame slalom. Er geldt geen richtlijn voor de snelheid. Gezien de geringe tussenafstand ligt een stapvoets tempo voor de hand.

Het gebruik van een slippende koppeling is bij deze oefening verplicht. 

Van belang is verder de combinatie van juiste bediening, langzaam rijden en het behouden van de balans. Dit alles doe je natuurlijk zonder de pylonen aan te raken!

Wegrijden uit parkeervak Bij deze keuzeoefening rijd je vanuit stilstand uit een parkeervak weg. Je maakt een haakse bocht en rijdt enkele meters rechtuit. De rijbaanbreedte is drie meter. Het belangrijkste van deze oefening is dat je gecontroleerd een scherpe bocht weet te maken, direct na het wegrijden.

Denkbeeldige acht Met deze facultatieve oefening laat je zien dat je een complete (denkbeeldige) acht kunt rijden in een rechthoekig kader. Je rijdt met trekkende motor en houdt daarbij een gelijkmatige snelheid aan. Je mag je voetrem gebruiken en eventueel een slippende koppeling.

Stapvoets rechtdoor rijden Hier is het de bedoeling dat je naast de lopende examinator blijft rijden over een afstand van twintig meter. Er wordt gelet op snelheid, balans en een juiste bediening van de motor. Je maakt gebruik van een slippende koppeling. Je voetrem mag je bij deze keuze oefening ook gebruiken, maar je houdt je voeten tijdens het rijden op de voetsteunen.

Halve draai (links- of rechtsom) Als de examinator voor deze oefening kiest dan rijd je met licht trekkende motor op een denkbeeldige rijbaan. Na de tweede pylon maak je in één vloeiende beweging een halve draai naar links of rechts. Je rijdt dan terug naar het startpunt.

< Cluster 3 >

Uitwijkoefening Cluster drie bestaat uit drie oefeningen, waarvan de uitwijkoefening verplicht is. Bij de uitwijkoefening kom je met vijftig kilometer per uur aanrijden door de poort. Vijftien meter na de poort moet je vóór een denkbeeldig muurtje van pylonen naar links uitwijken. Daarna keer je weer terug naar de eigen weghelft.

Snelle slalom Bij de snelle slalom zijn zes pylonen opgesteld. Deze slalom neem je bij een snelheid van minstens dertig kilometer per uur met trekkende motor. Belangrijk is dat het vloeiend en gelijkmatig gebeurt.

Vertragingsoefening Bij deze optionele oefening trek je vanuit stilstand op om snel te komen tot een snelheid van vijftig kilometer per uur. Je rijdt dan in tenminste de derde versnelling. Na het tweede poortje rem je af tot 30 kilometer per uur en schakel je minimaal één versnelling terug. Daarna rijd je met deze snelheid een slalom om drie pylonen die acht meter uit elkaar staan.

< Cluster 4 >

Noodstop cluster4-1-noodstop In het vierde cluster is de noodstop de verplichte oefening. Je rijdt minimaal vijftig kilometer per uur. Na het poortje rem je maximaal om zo snel mogelijk tot stilstand te komen. Natuurlijk verlies je de controle over de motor niet.

Precisiestop Bij de precisiestop gaat het erom dat je op een bepaald punt stilstaat. Je rijdt eerst vijftig kilometer per uur en remt beheerst als je het eerste poortje van twee pylonen passeert. Daarna moet je de motor zeventien meter verderop tot stilstand brengen.

Stopproef Naast de precisiestop kan de examinator ook nog kiezen voor de stopproef als tweede keuzeoefening. Het doel van deze oefening is dat je technisch goed remt. Je schakelt kort voordat je stilstaat terug naar de eerste versnelling. Je hebt een korte remweg.

 

Zorg dat je de “plaatjes” van de bijzondere verrichtingen goed kent. Dat scheelt een les. Lees ook wat geeist wordt bij elke oefening, wat de verschillen zijn tussen de ene oefening en de andere oefening. En waar de examinator speciaal op let als je de oefening op het AVB-examen uitvoert. 

  

HET RIJEXAMEN ALGEMENE VERKEERSDEELNAME (AVD)

 

Tijdens de verkeersdeelname-lessen rijden we volgens de rijprocedure van het CBR. We verkennen de examenroutes van het examengebied. Zo leer je de instinkers van de examenroutes (her)kennen  Heb je voldoende rijervaring, voldoende verkeersinzicht en heb je ook het theorie-certificaat voor motor dan regelt de rijschool het rijexamen Algemene Verkeersdeelname (AVD). De dag en het tijdstip van dit examen is in overleg met jou. Je krijgt dan de oproepkaart per e-mail van het CBR opgestuurd. Op je oproepkaart staat de dag, tijdstip aanvang rijexamen en het tafelnummer van de examinator. Je neemt nog een paar lesjes en één les voor het rijexamen. Tijdens deze lessen nemen we ook de controle vragen motorscooter door. 

Neem zelf ook nog de rijexamen-tips-motorscooter door. Leer van de fouten die anderen voor jou hebben gemaakt. 

 

Voor het AVD-examen moet je een geldig theoriecertificaat-motor en geldige legitimatie en een oproepkaart hebben. Als het kan, neem je autorijbewijs mee als legitimatie. De examinator weet dan dat je de verkeerstaak bij rotondes en andere plekken goed kan uitvoeren. Dan zal het examen zich automatisch richten op het echte motorrijden, namelijk ruimte creëren en anticiperen op het verkeer. 

 

Als het tijd is wordt je uitgenodigd om naar de examenzaal te gaan. Samen met je instructeur loop je naar het tafeltje van jouw examinator. Het tafelnummer staat op jouw oproepkaart. Na begroeting vraagt jou examinator naar je legitimatie. En hij verzoekt jou de meegenomen oproepkaart te ondertekenen zodat jij akkoord gaat met de rijexamen-procedure. Als de gegevens van jou legitimatie kloppen met zijn administratie dan houdt de examinator een kleine toespraak:

 

“Straks gaan we naar buiten. Wij beginnen met een ogentest. Daar wijs ik een voertuig aan waar jij het kenteken van moet oplezen. Dan gaan wij naar jou motorscooter. Daar stel ik een paar controlevragen over het voertuig. Daarna gaan we een route rijden. Ik volg jou met mijn auto. die zal ik straks aanwijzen. De instructies krijg je tijdig te horen van je eigen instructeur. Als er niets gezegd wordt ga je gewoon rechtdoor. Tenzij borden, verkeerssituaties, aanwijzingen van een agent wat anders aangeeft. Als er niets gezegd wordt is er steeds 1 oplossing mogelijk. En die moet je zelf vinden. Doodlopende wegen gaan wij niet in. Je bent niet gezakt als je er in rijdt. Maar dan moet je onnodig keren. En dat doe je op vakantie ook liever niet. Dus op het rijexamen ook niet. Soms krijg je te horen “borden volgen……..”. Dat doe je net zo lang tot dat je een andere instructie krijgt.

Houd geen rekening met mij. Jij rijdt motorscooter en geen auto. Motorscooterrijden vraagt om een ander rijgedrag. Want jij moet de voordelen van de motorscooter, wendbaarheid en acceleratie, gebruiken. Om de nadelen van motorscooter-rijden ,minder goed zichtbaar en kwetsbaarder, te elimineren.

Let niet op mij. Soms rij ik even met de auto even dicht bij jou. Dat kan te maken hebben met de verkeerssituatie op dat moment. Of ik kom dichter bij rijden om te zien hoe jij de motorscooter bedient.

Soms kan het zijn dat wij jou even niet kunnen bijhouden. Dan vragen wij jou om het even wat rustiger aan te doen. 

Onderweg kan je twee keer een stopopdracht krijgen. Eén keer in de bebouwde kom en één keer buiten de bebouwde kom.

Je moet dan zelf een mooi en veilig plekje zoeken om te stoppen. Zodra ik met de auto geparkeerd staat mag je zelfstandig wegrijden. Je krijgt dan ook geen instructie van ons om weg te rijden

Het kan gebeuren dat je onderweg de instructie niet goed hebt begrepen of gehoord. Tik dan met je linkerhand op de zijkant van je helm. Wij herhalen dan de opdracht. Is de verbinding op dat moment slecht, kijk dan naar de richtingaanwijzers van mijn auto. Of zoek zelf een mooi en veilig plekje op. Dan lossen wij daar de situatie op.

Als wij terug zijn gekomen, gaan we weer naar binnen. En hoor je hier aan tafel de uitslag.

Heb je nog vragen? Nee? Dan gaan we naar buiten. Veel succes”!

 

Naar controlevragen-motorscooter

 

Naar examenroutes-motor

 

Naar rijexamen-tips-motor


Staat hier iets abusievelijk niet of verkeerd vermeld? Is er een dode link? Stuur een mail naar mail@multidrive.com met de fout en de vermelding "op de site motorscooter-rijbewijs-halen.nl/praktijkexamens”.